1.3.9 Verschillenanalyse

0.3 Beheer overige gebouwen en gronden

63

V

De raming van de kosten voor het klein onderhoud van gebouwen in eigendom van de gemeente is gebaseerd op een maximaal normbedrag per m2. Doordat de gemeentelijke gebouwen afgelopen jaar minder werden gebruikt als gevolg van de coronacrisis, zijn er veel minder storingen/klachten gemeld dan normaal.

2.1 Verkeer en vervoer

180

V

Er is in 2021 een voordeel op de kapitaallasten (rente en afschrijving) van verkeer en vervoer ontstaan doordat er minder is uitgegeven op verschillende projecten dan waarmee rekening was gehouden en doordat diverse investeringen later worden uitgevoerd dan gepland. In de Najaarsnota 2021 is hierover uitgebreid gerapporteerd.

201

V

Het uitvoeren van groot onderhoud van de wegen vergt een langere doorlooptijd dan voorheen. De voorbereiding, de aanvullende onderzoeken, het aanbesteden van de adviesdiensten, het bestek gereedmaken van het werk en het aanbesteden van de werkzaamheden aan een aannemer kost momenteel veel meer tijd, waardoor het niet is gelukt om de werkzaamheden volledig in 2021 uit te voeren. Daarmee is er voor 2021 een voordeel ontstaan. De uitvoering vindt verder plaats in 2022. Er is geen sprake van verder oplopend achterstallig onderhoud. Bij de bestemming van het jaarrekeningsaldo wordt voorgesteld het resterende budget van € 200.793 als jaaroverschrijdende uitgave mee te nemen naar 2022.

-54

N

Het budget voor het klein onderhoud aan wegen is overschreden doordat een afwikkeling met een tweetal nutsbedrijven niet tot een gewenste doorbelasting van de kosten heeft geleid. Hierdoor hebben we de kosten voor eigen rekening genomen. Een deel hiervan wordt gecompenseerd doordat er wel bijdrages in de degeneratiekosten zijn ontvangen.

10

V

In 2021 was een aanvullend budget van € 10.000 geraamd voor het onderzoek naar onderhoud fietspaden. Dit onderzoek heeft vertraging opgelopen omdat met name het burgerparticipatietraject als gevolg van de coronacrisis vertraging heeft opgelopen. In 2021 is het traject weer opnieuw opgestart maar tot kosten heeft het nog niet geleid. Bij de bestemming van het jaarrekeningsaldo wordt voorgesteld het budget van € 10.000 als jaaroverschrijdende uitgave mee te nemen naar 2022.

29

V

Er zijn in 2021 geen kosten gemaakt voor de laadpalen. De contractpartij heeft het contract opgezegd en er zijn daarnaast minder aanvragen gedaan. In 2022 volgt een beleidsplan.

1.148

V

Op 19 september 2019 is de Nota kostenverhaal vastgesteld. Onderdeel van de nota was de vorming van een investeringsreserve om de kapitaallasten voor de komende jaren te dekken. Hiervoor wordt een bedrag toegevoegd aan de investeringsreserve bovenwijkse investeringen. Omdat dit bedrag ten laste komt van de reserve bovenwijkse voorzieningen binnen de grondexploitaties is de onttrekking aan deze reserve geraamd op het programma Ruimtelijke en economische ontwikkelingen. Als gevolg hiervan ontstaat op het programma Openbare ruimte een voordeel van € 1.148.000 en op het programma Ruimtelijke en economische ontwikkelingen een voordeel van hetzelfde bedrag. Per saldo is dit budgettair neutraal.

5.7 Openbaar groen en (openlucht) recreatie

62

V

Vanaf 1 oktober 2020 vindt het onkruidbeheer op de verhardingen, gedurende de periode 1 januari- 31 december, plaats op basis van een te behalen beeld. Deze aanpak van onkruidbeheer op de verhardingen heeft in 2021, na afronding van de werkzaamheden in december, geresulteerd in een positief saldo.

29

V

Als gevolg van incidentele grondverkopen van losse percelen en reststroken op initiatief van de inwoners is er een incidenteel voordeel ontstaan voor 2021.

Directe personele lasten programma Openbare ruimte

17

V

Het totale verschil op de personele lasten 2020 bedraagt € 255.000 positief. Als gevolg van de toerekening van de directe personeelslasten aan de verschillende programma's en taakvelden ontstaan op programmaniveau verschillen ten opzichte van de begroting. Tegenover het voordeel van € 17.000 op het programma Openbare ruimte staan nadelen op andere programma's. Voor het totaaloverzicht van de personele lasten wordt verwezen naar de paragraaf Bedrijfsvoering.

Toerekening personele lasten aan investeringen

-71

N

Met ingang van 2021 worden personele lasten aan de verschillende investeringen toegerekend. De toerekening is gebaseerd op de werkelijke uitgaven op de investeringen. Zoals hierboven aangegeven bij de kapitaallasten, is er minder uitgegeven aan verschillende projecten. Hierdoor kunnen er ook minder personele lasten aan de investeringen worden toegerekend dan geraamd. Hierdoor ontstaat op het programma Openbare ruimte een nadeel van ca. € 71.000.

Overige afwijkingen

29

V