Toelichting belangrijkste verschillen begroting (incl. wijziging) en realisatie programma Openbare ruimte (x 1.000).

Taakveld

Verschil

V/N

Toelichting

2.1 Verkeer en vervoer

183

V

Binnen de budgetten van het onderhoud aan wegen en bermen zijn bedragen opgenomen voor reparaties. In het laatste kwartaal van 2023 waren er geen grote reparaties mogelijk door de dermate slechte weersomstandigheden. Mede hierdoor is er een voordeel ontstaan. Daarnaast zijn er 2023 veel werkzaamheden gecombineerd, waardoor de voorbereidingskosten zijn meegevallen.

69

V

In 2022 zijn er werkzaamheden geweest voor schade aan de brug Poldersdijk in Hoeven. Hierdoor ontstond er een overschrijding van het budget. In 2023 zijn de kosten bij de veroorzaker in rekening gebracht en vergoed. Daarnaast zijn de kosten voor eventueel meerwerk voor het renoveren van de Markbrug meegevallen.

5.7 Openbaar groen en (openlucht) recreatie

70

V

Als gevolg van de slechte weersomstandigheden zijn er in 2023 minder uitvoeringen gedaan met betrekking tot onvoorziene werkzaamheden, zijn er diverse uit te voeren onderhoudswerken doorgezet in de planning naar begin 2024 en is er minder dan vooraf verwacht slootvuil afgevoerd naar compostering. Daarnaast is daar waar noodzakelijk, het profileren van sloten in eigen beheer uitgevoerd.

-29

N

De kosten voor de uitbreiding in 2023 van te maaien bermoppervlakte op ecologische wijze zijn hoger uitgevallen dan vooraf was voorzien. Dit resulteert in een negatief saldo.

36

V

In 2023 zijn enkele percelen of gedeeltes van percelen verkocht wat leidt tot een incidentele opbrengst. Daarnaast hebben we ook meer inkomsten uit verhuur van gronden ontvangen.

7.2 Riolering

129

V

De lasten en baten op het taakveld riolering worden verrekend met de voorziening overschotten riolering. In de Zomernota 2023 en Najaarsnota 2023 zijn extra kosten op het taakveld riolering van totaal 212.000 tlv de exploitatie gebracht omdat de voorziening niet toereikend was om alle kosten op te vangen. Bij de vaststelling van nieuwe GRO 2024-2028 is besloten de spaarvoorziening riolering en de voorziening kapitaallasten riolering vrij te laten vallen ten gunste van de voorziening overschotten riolering. Hierdoor is er voldoende ruimte binnen de voorziening overschotten om het saldo van de lasten en baten 2023 volledig te kunnen egaliseren. Dit geeft een budgettair voordeel van 212.000. Daarnaast komt de Btw-component op de riolering lager uit doordat de kosten die betrekking hebben op de rioolheffing in 2023 lager waren dan geraamd. Aangezien de Btw-component wordt meegerekend bij het saldo van de rioolheffing, kan hier een lager bedrag aan worden toegerekend dan geraamd. Dit betekent een budgettair nadeel van 73.000.

Rente

209

V

Voor de toerekening van rente aan de investeringen wordt een renteomslag opgesteld. De werkelijke rentekosten- en baten worden hierin afgezet tegen de boekwaarden van de activa en voorraden en monden uit in een gemiddeld rentepercentage. In de Begroting 2023 bedroeg dit gemiddelde percentage 1,25%. Doordat de gerealiseerde rentebaten in 2023 hoger waren dan de toe te rekenen rentekosten, is het rentepercentage in de Jaarrekening 2023 gecorrigeerd naar 0%. Voor een nadere toelichting op de rente wordt verwezen naar de paragraaf financiering. Op het programma Openbare ruimte ontstaat hierdoor een voordeel van 209.000.

Onderhoud gebouwen

-74

N

Op 13 juli 2023 heeft de gemeenteraad de Meerjaren Onderhoudsplanning 2023-2027 vastgesteld. Hierbij is besloten om per jaar 75.000 te besparen op het onderhoud. Voor elk gebouw is de storting in de voorziening gemeentelijke eigendommen hierdoor iets lager dan geraamd. Dit leidt tot een voordeel op de taakvelden van de verschillende gebouwen en een nadeel op het taakveld onderhoud gebouwen. Per saldo is dit budgettair neutraal. Tegenover het nadeel op het programma Openbare ruimte staan voordelen op andere programma's.

Toerekening personele lasten aan investeringen

-57

N

Met ingang van 2021 worden personele lasten aan de verschillende investeringen toegerekend. De toerekening is gebaseerd op de werkelijke uitgaven op de investeringen. Omdat er in 2023 minder is uitgegeven aan verschillende projecten dan geraamd, kunnen er ook minder personele lasten aan de investeringen worden toegerekend dan geraamd. Dit leidt ook tot een lagere toevoeging aan de reserve flexibe schil. Per saldo is dit budgettair neutraal. Tegenover het nadeel van 57.000 op het programma Openbare ruimte staat een voordeel op overhead.

Directe personele lasten programma Openbare ruimte

58

V

Het totale verschil op de personele lasten 2023 bedraagt 44.000 positief. Als gevolg van de toerekening van de directe personeelslasten aan de verschillende programma's en taakvelden ontstaan op programmaniveau verschillen ten opzichte van de begroting. Tegenover het voordeel van 58.000 op het programma Openbare ruimte staan nadelen op andere programma's. Voor het totaaloverzicht van de personele lasten wordt verwezen naar de paragraaf Bedrijfsvoering.

Overige afwijkingen

3

V

Totaal

597

V

Top