Op 1 januari 2008 is de Wet Gemeentelijke Watertaken in werking getreden. Deze wet regelt dat naast de kosten voor afvoer en verwerking van afvalwater ook de kosten voor afvoer van hemelwater via de verbrede rioolheffing verhaald kunnen worden. Daarnaast worden ook de kosten voor voorzieningen die verband houden met het grondwaterpeil via de verbrede rioolheffing verhaald.

De verwachte kosten liggen vast in het Gemeentelijk RioleringsPlan (GRP) 2020-2023 dat in september 2019 is vastgesteld.

De algemene uitgangspunten voor de berekening van de tarieven voor de rioolheffing blijven ongewijzigd en zijn als volgt:

  • bij de berekening van de tarieven van de rioolheffing wordt uitgegaan van 100% kostendekkendheid;
  • de compensabele BTW wordt in de tarieven van de rioolheffing doorberekend;
  • bij de ontwikkeling van de lasten is uitgegaan van een inflatiepercentage van 1,5%;
  • bij de opstelling van de Jaarrekening wordt het verschil tussen de werkelijke baten en lasten verbonden aan de rioolheffing, verrekend met de voorziening overschotten riolering;

Voorlopige ontwikkeling tarieven 2022:

Rioolheffing

2021

2022

Verschil

Eenpersoonshuishouden

167,64

172,20

2,72%

meerpersoonshuishouden

223,56

229,56

2,68%

bedrijven tot 500 m3

223,56

229,56

2,68%

Grootverbruik per m3 vanaf per 501 m3

0,27

0,28

3,70%

Top