2.8.2 Impact op de lokale samenleving

De impact op de samenleving en de sociaaleconomische gevolgen van de crisis zijn groot. De Rijksoverheid kan dankzij haar goede financiële positie eerste hulp bieden aan ondernemingen, zelfstandigen en getroffen sectoren. Maar we kunnen niet voorkomen dat veel mensen in meer of mindere mate geraakt worden. Gelukkig zien we dat overal in de samenleving mensen, bedrijven en organisaties opstaan om elkaar te helpen.

Onderstaand zijn, niet limitatief, een aantal gevolgen van de corona-crisis op diverse lokale doelgroepen en organisaties weergegeven.

Contacten met instellingen, organisaties en regio
We hebben het afgelopen jaar ambtelijk en bestuurlijk contact met diverse organisaties in onze gemeente gehouden. Deze contacten verliepen goed. Ook met onze collega gemeenten in de regio hebben we goed contact gehouden over ontwikkelingen die ons allemaal hebben bezig gehouden.

Campagne “Daar doe ik het voor”
Halderberge is aangesloten bij de landelijke campagne “Daar doe ik het voor”. Hiervoor zijn lokale helden uit alle kernen gevraagd als boegbeeld voor mensen die zich wel houden aan de maatregelen. Zij hebben op posters gestaan die in de week van 21 oktober op A0-borden in onze gemeenten worden geplaatst. Daarnaast zijn de posters in de Bode en op social media te zien geweest.

Onderwijs en opvang
Het Markland College en Prinsentuin Oudenbosch zijn in 2020 gedurende een periode gesloten geweest. Ze hebben zich ingespannen om ervoor te zorgen dat leerlingen thuis leerstof kunnen bestuderen, waarbij extra zorg is besteed aan de eindexamenkandidaten. Hierin volgden de scholen het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen. Ook zijn onze basisscholen het afgelopen gesloten. De scholen hebben dit opgelost door thuisonderwijs aan te bieden. De onderwijsinstelling geven aan dat het thuisonderwijs goed is verlopen.

Lokale onderwijsinstellingen en kinderopvangcentra hebben kinderopvang geregeld voor mensen in vitale beroepen. Ook leerlingenvervoer voor kinderen van ouders met een vitaal beroep is geregeld. De opvang van kinderen van ouders met vitale en cruciale beroepen is goed verlopen.

Wmo
Binnen de Wmo-dienstverlening hebben we gezien dat huishoudelijke ondersteuning en begeleiding zoveel als mogelijk doorliep. Voor begeleiding gold dat door de landelijke richtlijnen van de RIVM naar alternatieve manieren van dienstverlening is gezocht. Zoals bijvoorbeeld beeldbellen, wandelen in de buitenlucht met de client. Het heeft aanbieders gestimuleerd na te denken over de manieren om ondersteuning te bieden. Deze andere manieren van het bieden van ondersteuning, waar succesvol, zullen blijvend worden aangeboden in combinatie met persoonlijk/fysiek contact met de cliënten. Enkele aanbieders hebben gebruik gemaakt van de omzetderving regeling en alle aanbieders zijn in afwachting van de regeling meerkosten die begin april 2021 wordt gepubliceerd. Na de eerste lockdown en de onbekendheid met het virus, kunnen we merken dat gedurende het jaar een gewenning optrad die het flexibel inzetten van ondersteuning makkelijker maakte en waren de aanbieders beter ingespeeld op het aanbieden van alternatieve ondersteuning.

Zorg
De Jeugdprofessionals hebben doorlopend telefonisch contact gehouden met gezinnen die bekend zijn. Er is op regionaal en/of lokaal niveau dagelijks contact geweest met aanbieders van zogenaamde ‘niet acute zorg’ zoals de thuiszorg en wijkverpleging. Dit is geregisseerd door het RONAZ (Regionaal Overleg Niet Acute Zorg). Veel dienstverlening is in aangepaste vorm voortgezet, waarbij voorrang gegeven wordt aan de meest kwetsbaren.

Kinderen in noodopvang
Voor kinderen met een onveilige thuissituatie is noodopvang geregeld. Onze jeugdprofessionals hebben de gezinnen in beeld waar sprake kan zijn van een onveilige situatie en hebben hier contact mee onderhouden. Of dit alle kinderen in 2020 in beeld waren, is helaas lastig in te schatten omdat een scholen bijvoorbeeld zelf opvang hebben aangeboden en wij hiervan (nog) niet op de hoogte waren. Het aantal dagen opvang verschilde per kind.

Kleinschalig Collectief Vervoer
Vanwege corona is het vervoersvolume in 2020 drastisch verminderd. Van de vervoerder kon uitvoering van het contract tegen de (scherpe) prijzen die zij in 2015 offreerde, niet verlangd worden. In februari 2021 is tussen partijen besloten om met een aangepaste staffelprijs voor kleinere volumes akkoord te gaan. Met die staffelprijzen worden, met in acht name van de NEA-index en de raming van het volume, de vervoerslasten begroot.

Heel Halderberge Helpt
Surplus heeft in 2020 het initiatief genomen om een Facebook pagina op te starten om vraag en aanbod van inwoners van Halderberge voor hulp en ondersteuning bij elkaar te brengen. U vindt deze pagina op https://www.facebook.com/groups/heelharderbergehelpt. Het initiatief Heel Halderberge Helpt heeft daarnaast ook tot de aanmelding van diverse nieuwe vrijwilligers geleid.

Mondkapjes minima
Van de FNV West-Brabant is het verzoek ontvangen om mondkapjes aan minima te verstrekken. Dit wordt uitgevoerd door Voedselbank. Zij hebben de mondkapjes verstrekt bij de uitgifte van voedselpakketten. Daarnaast zijn aan alle inwoners met een bijstandsuitkering twee uitwasbare mondkapje per persoon toegestuurd. Dit heeft het Werkplein Hart van West-Brabant namens de gemeente gedaan.

Ondernemers
De ondernemers zijn het afgelopen jaar hard getroffen door de crisis. Het kabinet heeft het afgelopen jaar verschillende maatregelen genomen om ondernemers die in de problemen dreigen te komen, te helpen. Zo is er de regeling werktijdverkorting, kan de belastingdienst uitstel van betaling verlenen en verruimde EZK de borgstelling midden- en kleinbedrijf. Ondernemers in bijvoorbeeld de horeca of reisbranche die last ondervinden omdat klanten thuisblijven of de zaak tijdelijk dicht moet, kunnen daardoor makkelijker geld lenen.

Uitvoering TOZO-regelingen
Het Werkplein Hart van West-Brabant behandelde in 2020 de landelijke overbruggingsregeling TOZO. In totaal zijn 3 TOZO-regelingen in 2020 opengesteld. Onderstaand worden de regeling kort inhoudelijke toegelicht

De regeling TOZO 1 bood ondernemers de mogelijkheid om een uitkering voor het levensonderhoud aan te vragen. Vervolgens is TOZO 2 regeling opengesteld. Het verschil tussen deze regelingen is dat voor TOZO 2 een partnerinkomenstoets gold bij de uitkering levensonderhoud. Bij TOZO 1 was dat niet het geval. De partnerinkomenstoets houdt in dat het inkomen van de partner meetelt voor het bepalen van de hoogte van de aanvullende uitkering. De uitkering levensonderhoud TOZO 2 kon alleen worden toegekend over de maanden juni, juli en augustus. Zelfstandig ondernemers die al een TOZO 1 uitkering ontvingen over de maanden april, mei en juni, konden een TOZO 2 uitkering aanvragen voor juli en augustus.

Daarnaast bood de TOZO regeling zelfstandig ondernemers die door de coronacrisis liquiditeitsproblemen kwamen, de mogelijkheid om een lening aan te vragen voor bedrijfskrediet. Ondernemers die surseance van betaling of faillissement hadden aangevraagd of gekregen, konden geen beroep doen op een lening.

Aangezien de crisis ook na augustus nog niet ten einde was, is door het kabinet besloten om de inkomensondersteuning te verlengen tot 1 april 2021 onder de noemer TOZO 3. Wie nu al een TOZO 2-uitkering ontving, kon een verlenging aanvragen via een verkort aanvraagformulier. De toets op beschikbare geldmiddelen (beperkte vermogenstoets) wordt vanwege de genomen rijksmaatregelen niet per 1 oktober 2020 maar per 1 april 2021 toegevoegd aan de TOZO-regeling

Het invoeren van de beperkte vermogenstoets per 1 april 2021 betekent dat er na TOZO 3 (van 1 oktober 2020 tot en met 31 maart 2021) een TOZO 4 zal volgen mét toets op beschikbare geldmiddelen (van 1 april 2021 tot en met 30 juni 2021). Hierover volgt later meer informatie.

Cijfermatig overzicht TOZO-regeling 2020 per 31-12-2020:

Het college heeft daarnaast een aantal aanvullende pragmatische besluiten genomen ter ondersteuning van ondernemers. Zo is besloten om de marktgelden voor kooplieden uit de non-food sector kwijt te schelden in de periode dat zij niet op de markt mochten staan. Verder heeft het college besloten om de venstertijden voor supermarkten te verruimen, waardoor de bevoorrading beter gegarandeerd kan worden. Daarnaast zijn bijvoorbeeld de openingstijde verruimd, zodat er een betere spreiding is van het winkelend publiek.

Op de gemeentelijke website is een aparte pagina met informatie voor ondernemers geplaatst onder het onderdeel Corona. Wij zien dat deze pagina goed bezocht wordt.

Weekmarkten
Weekmarkten gingen in 2020 aangepast door, omdat markten, als het gaat om het aanbieden van voedsel, voorzien in een primaire levensbehoefte. Er mochten geen grote groepen mensen (meer dan 100 personen) tegelijk op de markt zijn. Non-food kramen waren niet toegestaan. Kramen waar ter plekke eten genuttigd kan worden, waren ook niet toegestaan. Bij deze kramen kon alleen eten worden afgehaald. Het college heeft maatregelen getroffen om deze marktkraamhouders tegemoet te komen.

Onze marktmeester heeft gedurende het jaar contact gehouden met de standhouders en hield hier toezicht op. Ook de standhouders zelf hebben maatregelen genomen door fysiek afstanden aan te geven, met mandjes te werken en dranghekken te plaatsen.

Inmiddels zijn de weekmarkten onder voorwaarden van het handhaven van de gestelde maatregelen weer beperkt open voor publiek.

Horeca
Voor de horecaondernemers was 2020 een moeilijk jaar. De horeca-instellingen werden vanaf zondagavond 15 maart volgens de RIVM-richtlijnen gesloten. Met ingang van 1 juni mochten zij onder voorwaarden van het handhaven van de gestelde maatregelen weer open voor publiek. Vanaf 15 oktober moesten zij hun deuren weer sluiten.

Cultuur en sport
De culturele en sportverenigingen zijn in 2020 diverse malen geconfronteerd met een beperking of volledige stop van hun activiteiten. Om de verenigingen en instellingen (financieel) tegemoet te komen konden zij een beroep doen op het lokale noodfonds of diverse rijksregelingen. De verenigingen mochten aan het einde van het jaar volgens de richtlijnen van het RIVM hun activiteiten weer beperkt opstarten.