Op grond van artikel 20 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten moet de gemeente in de programmabegroting inzage geven in het EMU-saldo over het vorig begrotingsjaar, de berekening van het geraamde bedrag over het begrotingsjaar en de berekening van het geraamde bedrag over het jaar volgend op het begrotingsjaar.

Het EMU-saldo is een in Europees verband gehanteerd en gedefinieerd macro-economisch begrip. Het kan worden omschreven als het verschil tussen de inkomsten en uitgaven van de collectieve sector (Rijk, andere overheden, sociale fondsen).

Naast alle ‘gewone’ inkomsten en uitgaven zitten hierbij ook inkomsten en uitgaven met een kapitaalkarakter, zoals aan- en verkopen grond, investeringen en investeringsbijdragen. Financiële transacties als de verkoop van deelnemingen of het verstrekken van kredieten worden hierbij niet als inkomsten of uitgaven gezien.

In algemene termen wordt een tekort bij gemeenten veroorzaakt door drie zaken:

  • de investeringen overtreffen de afschrijvingen;
  • de aankopen van grond (inclusief investering voor bouwrijp maken) overtreffen de verkopen;
  • er is sprake van een negatief exploitatiesaldo in baten-lasten.

Deze drie oorzaken hebben op totaalniveau per saldo een negatieve kasstroom tot gevolg.

Het EMU-saldo van de gemeente Halderberge fluctueert de laatste jaren. Op begrotingsbasis is het EMU-saldo overwegend negatief (dus een tekort), maar onvoorziene gebeurtenissen bij de realisatie zorgen er soms voor dat het tekort omslaat in een overschot of dat het tekort lager uitvalt. In de laatste jaren is vooral het vertraagd realiseren en/of het uitstellen van investeringen er de oorzaak van dat het EMU-tekort op rekeningbasis lager is uitgevallen dan vooraf begroot.

In onderstaande tabel treft u de berekening van het EMU-saldo aan voor de jaren 2019 (bijgesteld) en 2020 t/m 2023 (x 1.000).

2019

2020

2021

2022

2023

1,3

-5,4

-6,7

-8,3

2,7

De tabel geeft in 2020 een verwacht tekort aan van 5,4 miljoen. Voor 2019 is het verwachte EMU-tekort herzien naar een overschot van ca. 1,3 miljoen. Het tekort in 2020 wordt voornamelijk veroorzaakt door het omvangrijke investeringsprogramma van de gemeente Halderberge. De herziening van 2019 van een tekort naar een overschot wordt voornamelijk veroorzaakt door het doorschuiven van een aantal investeringen naar 2020 en 2021 (waaronder de nieuwbouw van het Marklandcollege).

Per 1 januari 2019 is de Regeling vaststelling gelijkwaardige inspanning decentrale overheden inzake het EMU-saldo voor de jaren 2019 tot en met 2022 in werking getreden. De regeling is een uitwerking van artikel 3 van de Wet houdbare overheidsfinanciën waarin is bepaald dat decentrale overheden een gelijkwaardige inspanning leveren aan het respecteren van de Europese normen voor het EMU saldo en de EMU schuld. Voor alle gemeenten gezamenlijk is het aandeel vastgesteld op 0,27% van het Bruto Binnenlands product (BBP). Om provincies en gemeenten een beeld te geven wat dit voor hen betekent, heeft het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in lijn met de Wet Hof individuele EMU-referentiewaarden gepubliceerd. Voor de gemeente Halderberge is de individuele referentiewaarde voor 2020 2,841 miljoen

De individuele EMU-referentiewaarde betreft overigens geen norm, maar een indicatie van het aandeel dat een gemeente in de gezamenlijke tekortnorm heeft.

Het EMU-saldo van de gemeente Halderberge over 2020 is naar verwachting 5,4 miljoen. Dit is hoger dan de referentiewaarde van 2,8 miljoen. Dat geldt ook voor 2021 en 2022. Zoals aangegeven wordt het tekort voornamelijk veroorzaakt door het omvangrijke investeringsprogramma van de gemeente Halderberge. Daardoor is het niet mogelijk om voor die jaren binnen de referentiewaarde te blijven. Vanaf 2023 is het investeringsprogramma vooralsnog minder omvangrijk, waardoor er sprake is van een overschot.

Als aan Nederland een boete wordt opgelegd bij overschrijding van het EMU tekort, kan de minister op grond van de Wet houdbare overheidsfinanciën besluiten om een deel daarvan toe te rekenen aan de lokale overheid. Er zijn geen aanwijzingen dat dit ook daadwerkelijk zal gebeuren.

Top