Geprognosticeerde begin- en eindbalans

Conform het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) dient in de begroting een geprognosticeerde begin- en eindbalans van het begrotingsjaar opgenomen te worden. Datzelfde geldt voor de meerjarenraming. In onderstaande tabel zijn deze gecombineerd.

Geprognosticeerde balans

Begroting

Meerjarenraming

(Bedragen * 1.000)

1 jan. 2020

31 dec. 2020

31 dec. 2021

31 dec. 2022

31 dec. 2023

Vaste activa

74.780

83.517

91.391

102.180

100.182

Immateriële vaste activa

370

361

352

342

333

Materiële vaste activa

70.003

78.789

86.711

97.548

95.598

Financiële Vaste Activa

4.406

4.368

4.329

4.290

4.251

Vlottende activa

14.320

15.782

15.323

14.322

14.322

Voorraden

14

1.476

1.017

16

16

Uitzettingen met een rentetypische looptijd korter dan één jaar

9.095

9.095

9.095

9.095

9.095

Liquide middelen

1.610

1.610

1.610

1.610

1.610

Overlopende activa

3.602

3.602

3.602

3.602

3.602

Totaal activa

89.100

99.299

106.713

116.502

114.503

Vaste passiva

85.146

93.336

99.935

108.736

105.332

Eigen vermogen

15.129

22.140

22.855

23.958

24.704

Voorzieningen

3.746

1.566

1.577

1.960

2.002

Vaste schulden met een rentetypische looptijd van één jaar of langer

66.271

69.630

75.503

82.818

78.626

Vlottende passiva

3.954

5.963

6.779

7.766

9.172

Netto vlottende schulden met een rentetypische looptijd korter dan één jaar

333

2.342

3.158

4.146

5.551

Overlopende passiva

3.621

3.621

3.621

3.621

3.621

Totaal passiva

89.100

99.299

106.713

116.502

114.503

Hieronder treft u een korte toelichting aan op deze balans.

Vaste activa

Als gevolg van het investeringsprogramma laat de boekwaarde van de vaste activa de komende drie jaar een flinke stijging zien. Dit wordt geheel veroorzaakt door de materiële vaste activa. De investeringen in de huisvesting van het Marklandcollege, het cultuurcluster in Oudenbosch en verplaatsing van het dorpshuis in Hoeven zorgen voor een forse toename van de gebouwen. Ook de investeringen in riolering, wegen en andere maatschappelijke activa zijn in 2020 en, in mindere mate, ook 2021 wat hoger dan in de jaren daarna. Voor een uitgebreide lijst van de investeringen verwijzen we u naar het investeringsplan en het overzicht met restantkredieten.

Vlottende activa - voorraden

De voorraden worden met name gevormd door de bouwgronden in exploitatie. Op de boekwaarde van de bouwgronden in exploitatie wordt de voorziening voor verliesgevende projecten in mindering gebracht. Het overige deel betreft de voorraden documenten bij Burgerzaken. De waarde van de voorraad grondexploitaties op de balans is begin 2020 nihil. Dat komt omdat de verliesvoorziening groter is dan de totale waarde van de voorraad bouwgrondexploitaties. Het restant van de voorziening ad 2.074.000 is conform de voorschriften verantwoord aan de passiefzijde van de balans bij de voorzieningen. Dit is ook eind 2022 het geval, al is het daarmee gemoeide bedraag aanzienlijk kleiner, nl. 238.050. De huidige grondexploitaties worden uiterlijk in 2023 afgerond, zodat ultimo 2023 alleen nog een voorraad documenten bij Burgerzaken resteert.

Overige vlottende activa

De overige vlottende activa kunnen alleen worden ontleend aan ervaringscijfers van de afgelopen jaren. Conform de ministeriële regeling inzake de financiële kengetallen zijn deze activa berekend op basis van het gemiddelde van de laatste drie vastgestelde jaarrekeningen. Derhalve zijn de cijfers voor de gehele meerjarenprognose gelijk.

Vaste passiva – eigen vermogen

Het eigen vermogen van de gemeente wordt gevormd door de reserves en het resultaat van resp. de begroting of de jaarrekening. De omvang van de reserves neemt in 2020 flink toe, met name als gevolg van de winstuitkering uit de ontwikkeling van het bedrijventerrein Borchwerf II en de opbrengsten van winstgevende grondexploitaties. Voor een verdere uiteenzetting van de mutaties in de reserves verwijzen wij u naar de desbetreffende toelichting in dit hoofdstuk.

Vaste passiva – voorzieningen

Met name per 1 januari 2020 en in 2022 is het saldo van de voorzieningen aanzienlijk hoger dan in andere jaren. Zie hiervoor de toelichting bij de voorraden onder de vlottende activa. De stijgende lijn van de voorzieningen wordt met name veroorzaakt door een toename van de spaarvoorziening voor de riolering. Voor een toelichting daarop en een verdere uiteenzetting van de mutaties in de voorzieningen verwijzen wij u naar het hoofdstuk over de voorzieningen in deze begroting.

Vaste passiva – vaste schulden met een rentetypische looptijd > 1 jaar

De omvang van de vaste schuld laat met name in 2021 een forse stijging zien, waarna in de jaren daarna een afname zichtbaar wordt. Dit laatste houdt in dat de waarde van de aflossingen in dit geval hoger is dan de omvang van de nieuwe leningen. Dit houdt verband met het omvangrijke investeringsprogramma. Immers, de financiering van de investeringen gebeurt met name door middel van geldleningen. Uiteraard is de ontwikkeling van de vaste schuld afhankelijk van de mate waarin het investeringsprogramma wordt gerealiseerd. In de paragraaf Financiering treft u een uitgebreide toelichting aan op de liquiditeitsprognose en de financieringsbehoefte voor de komende jaren.

Vlottende passiva

Voor de vlottende passiva geldt hetzelfde als voor de overige vlottende activa. Ook hier geldt dat de verwachte balanswaarden alleen worden ontleend aan ervaringscijfers van de afgelopen jaren. Conform de ministeriële regeling inzake de financiële kengetallen zijn deze passiva berekend op basis van het gemiddelde van de laatste drie vastgestelde jaarrekeningen. Hierop is één uitzondering. Dat betreft het saldo van de netto vlottende schulden met een rentetypische looptijd kleiner dan een jaar. Hieronder is een post opgenomen om de balans sluitend te maken.

Top